Plaats muis hier even voor: Mattias de onbekende discipel1
Zie hem daar eens lopen. Haast op een holletje richting Jordaan2. Om zo gauw het kan gedoopt te worden. Niet te geloven! Nog geen week geleden maakte hij zijn vrienden nog woedend uit voor hypocrieten die de rijke Joodse traditie aan hun laars lapten. Als iedereen zich door die zonderling uit de woestijn3 liet dopen4, hoefden zij dat nog niet te doen! Hij is de beloofde Elia niet!5
Was de jaarlijkse rituele reiniging de middag voor Jom Kippoer dan niet voldoende om een nieuw begin te maken?6 Erger nog, hadden zij niet gezien dat de man zelfs de gehate soldaten van Herodes7 doopte8. Het ontbrak er nog maar aan dat hij Romeinse soldaten9 ging dopen op hun imbolc, hun rituele reiniging bij het ontwaken van de natuur10. Vreemd genoeg waren zijn vrienden niet kwaad geworden.
Zij hadden alleen maar gevraagd of hij niet gezien had dat gedoopte mensen na hun doop andere mensen geworden waren11. Dat soldaten na hun doop mensen niet langer afpersten en zich niet meer lieten omkopen12. Dat gedoopte tollenaars geen buitensporig opgeld meer eisten13. Dat gewone mensen na hun doop brood en kleding deelden met hen die daaraan gebrek leden14? Vanaf dat moment kijkt hij met andere ogen naar gedoopte mensen. Ziet hij dat zij anders zijn. Ook anders dan hij en realiseert hij zich dat die zonderling toch gelijk heeft.
Hij ontdekt dat ook hij iemand is die leeft vanuit de gedachte dat het wel goed met hem zit omdat hij een kind van Abraham is15. Beseft hij opeens dat hij de klagelijke tonen van de sjofar op het Feest van de Bazuinen16 wel hoort maar daarin geen oproep tot bekering herkent17. Dat Jom Kippoer voor hem dan ook slechts een dag van rust is. Maar dat bij hem oprechte verootmoediging totaal verdwenen is18. En Pesach, Jom Habbikurim (Wekenfeest) en Sukkot (Loofhuttenfeest) voor hem eerder gezellige familiefeesten zijn dan feesten van de Heer19.
Hij komt dan tot het inzicht dat āzijnā rijke Joodse traditie slechts een manier van leven is en geen leven met de Heer20. Zo wil hij niet verder. Daarom loopt hij daar nu in de vroege morgen van Salim naar Enon21. Om gedoopt te worden door Johannes bar Zacharias22. Om zijn leven te veranderen23 en vergeving van zonden te ontvangen24.
1 De Mattias waarmee wij in deze ontmoeting kennis maken hoeft niet de Mattias te zijn waarover in Handelingen 1 verteld wordt dat hij als apostel de opengevallen plaats van Judas mocht innemen (Handelingen 1,23-25).
2 Het verhaal van deze ontmoeting speelt zich af in de tijd dat Johannes in Enon doopte, ongeveer 35 km ten zuiden van het meer van Galilea (Johannes 3,23a). Eerder doopte hij in de omgeving van Bethaniƫ over de Jordaan, ongeveer 75 kilometer zuidelijker (Johannes 1,28).
3 In de ogen van velen leefde Johannes als een zonderling. Hij woonde in de woestijn (Matteus 3,1), droeg een ruwe kameelharen mantel en at sprinkhanen en wilde honing (Matteus 3,4).
4 Marcus verhaalt dat alle inwoners van Judea en Jeruzalem naar Johannes kwamen en zich door hem lieten dopen (Marcus 1,5:). Lucas bevestigt dat met de woorden 'Heel het volk liet zich dopen' (Lucas 3,21a:).
5 Er waren mensen die dachten dat Johannes Elia was (Johannes 1,21: ). Hij zei immers dat het koninkrijk van God nabij was (Matteus 3,2: ). Precies zoals de profeet Maleachi had voorzegd (Maleachi 3,23: ). Johannes ontkende zelf dat hij Elia was (Johannes 1,21: ). Maar Jezus heeft gezegd dat Johannes wel degelijk de Elia was (Matteus 11,7-14)
6 In de Bijbel wordt alleen maar over de mikveh (rituele reiniging) van de hogepriester op Grote Verzoendag (Jom Kippoer) gesproken. Hij moest dan vijf keer een miveh nemen (Leviticus 16). Gewone Joden hoefden dat niet te doen. Later is het echter gebruik geworden dat iedereen op de middag voor Jom Kippoer een mikveh nam om zichzelf te reinigen en belijdenis te doen van zonden en schuld. Jom Kippoer was daarmaa ook symbool van geestelijke reiniging. Bron: http://www.shalomboston.com
7 Veel mensen denken als zij in de evangeliƫn over soldaten lezen aan Romeinse soldaten. Toch ligt het meer voor de hand dat Johannes Joodse soldaten uit het leger van Herodes doopte. De Romeinen hadden toegestaan dat Herodes een eigen, tamelijk omvangrijk, leger had. Dit leger bestond uit Joden en drie afdelingen buitenlanders. Ook hadden de hogepriesters soldaten in dienst. Zij werden ingezet voor politionele diensten. Zoals het bewaken van de tempel (Lucas 22,52-53). Johannes doopte dus Joodse soldaten.
8 Lucas 3,14aā
9 Hoewel we bij de soldaten allereerst aan soldaten van Herodes moeten denken (zie vorige voetnoot), laat de Studiebijbel in Perspectief de mogelijkheid open dat het ook Romeinse soldaten geweest kunnen zijn. De kanttekening bij Lucas 3,14 meldt: Deze soldaten zijn ofwel Joden in dienst van Herodes ofwel Romeinen.
10 De Romeinen kenden ook een jaarlijkse rituele reiniging. Die vond plaats op het imbolc-feest in de maand februari. Het imbolc-feest heeft te maken met het ontwaken van de natuur, met het begin van nieuw leven. Bron: http://www.circewicca.nl/jaar/03.html
11 Handelingen 19,4a
12 Lucas 3,14ā
13 Lucas 3,12-13
14 Lucas 3,10-11ā
15 Lucas 3,7-8a
16 Hoewel het religieuze jaar begint in de maand Abib, de maand waarin de Israƫlieten uit Egypte vertrokken, (Deuteronomium 16,1) is het Feest van de Bazuinen het Joodse Nieuwjaar. Of beter gezegd het Feest waarop de Joden de geboorte van de wereld gedenken. Het begin van de tijd. Er was geen tijd voordat deze wereld werd geschapen en er zal geen tijd zijn in de olam haba, de wereld die nog moet komen. Het feest van de Bazuinen valt daarom precies halverwege het Joodse jaar. Op de eerste dag van de zevende maand (Leviticus 23,23-24)
17 Op het Feest van de Bazuinen (Rosj Hasjanah) wordt volgens een vast patroon op de sjofar geblazen (vandaar ook de naam Feest van de Bazuinen). Eerst ƩƩn lange toon, dan drie kortere tonen en vervolgens een groot aantal heel korte tonen. De lange toon betekent Hoor Israƫl. De drie kortere tonen: breek met je zonden. De heel korte tonen: doe die zonden weg! Het is een oproep tot bekering en voorbereiding op Grote Verzoendag dat 10 dagen later wordt gevierd.
18 Leviticus 16,29-30.
19 Leviticus 23,4
20 Marcus 7,9
21 Johannes 3,23a:
22 Lucas 1,57-60
23 Handelingen 19,4a
24 Marcus 1,4